Blog

De eerste keer

“Was het echt jullie eerste keer?” Die vraag kreeg ik diverse malen na afloop van ons zeer geslaagde jaarcongres. Het antwoord? Ja en nee. Natuurlijk was het niet de eerste keer dat we een landelijke bijeenkomst organiseerden rond een urgent sociaalwerkth
28 mei 2018 | 2 minuten lezen

“Was het echt jullie eerste keer?” Die vraag kreeg ik diverse malen na afloop van ons zeer geslaagde jaarcongres. Het antwoord? Ja en nee. Natuurlijk was het niet de eerste keer dat we een landelijke bijeenkomst organiseerden rond een urgent sociaalwerkthema. Dat doen we aan de lopende band. Maar het was wél de eerste keer dat we dat deden onder de noemer Jaarcongres.

De reden? Tot voor kort koppelden we onze Algemene Ledenvergaderingen aan een inhoudelijk programma. Dat was mooi voor de aanwezige leden, maar anno 2018 wil je ook met maatschappelijke partners in gesprek over dringende thema’s en dilemma’s. En je wilt ook laten zien wat de sector wil en biedt; en welke mooie innovatieve aanpakken navolging verdienen.
Want die zijn er genoeg. Dat bleek ook uit de keur aan workshops op die mooie lentedag in Fort Voordorp. De breedte van ons werkveld verraste zelfs nog beleidsmedewerkers van VWS, gemeenten en collega-organisaties.
Meteen vanaf de aftrap hadden we wind mee. Staatssecretaris Paul Blokhuis verblijdde ons met een onverbloemde steunbetuiging. ‘Dat sociaal werk rendeert weten we allemaal,’ zei hij, alsof dat de gewoonste zaak van de wereld was. ‘En,’ zei hij bovendien, ‘we moeten het lef hebben om meer aan de voorkant te gaan zitten. Dan werk je aan een inclusieve samenleving.’
Ook Liesbeth Huyzer sprak mooi. Dat de politie bij ons te gast was is anno 2018 trouwens minder vreemd dan het misschien lijkt. Sociaal werkers en wijkagenten zoeken elkaar op. Vanwege jongeren, verwarde mensen en huiselijk geweld bijvoorbeeld. Recent bleek de politie als organisatie bovendien geïnteresseerd in ons nieuwe Kwaliteitslabel. Ook in andere branches valt dat label trouwens goed.
Machteld Huber ten slotte benadrukte wat ook wij al jaren roepen. Zorgkosten omlaag? Dan alle ballen op preventie.
Dat de workshops over het Nieuwe Contracteren en Moedige Dialoog hoog scoorden was vooraf al duidelijk. Beide bleken zo populair dat ze een dubbele dienst moesten draaien. Maar ook in de andere gewelven van het fort bleek de belangstelling voor de presentaties groot.
Wat me bovendien enorm trof was de levendige drukte in de pauzes tussen de programmaonderdelen. Overal waren groepjes congresgangers in gesprek. Mensen werden aan elkaar voorgesteld, er werden 06-nummers uitgewisseld en agenda’s getrokken. De driehonderd aanwezigen waren gretig, nieuwsgierig en ontvankelijk. En voor ik het vergeet: namens het sociaal werk zelf waren niet alleen directeuren maar ook professionals, ervaringsdeskundigen en cliënten volop aan het netwerken.
En wat ik verder nog constateerde: de sociale basis leeft! Als begrip, als werktitel en als uithangbord. En de gedachte dat het versterken van die sociale basis niet kan zonder het vakmanschap van sociaal werkers raakt breed ingeburgerd.
Al met al was het congres een ideale mix van herbezinning, inspiratie én daadkracht. Net als Fort Voordorp verenigde het sociaal werk die dag de gecombineerde kwaliteiten van bastion, voorpost en uitvalsbasis; sociaal werk als een geoliede schakel in een linie waar je niet omheen kunt.
Afijn, een metafoor kan ook met je op de loop gaan. Maar mijn punt is hopelijk duidelijk: het Jaarcongres stemt me nog steeds trots en tevreden. Sociaal werk is een factor die meetelt. En nu doen!