Nieuwsbericht

Minister Dekker: rechter moet betalingsregelingen kunnen opleggen

Chris Bos
24 juni 2021 | 4 minuten lezen

‘Als de voorgestelde maatregelen doorgaan moet iedere schuldeiser voortaan z'n best doen om in contact te komen met de debiteur en een regeling te treffen. Doet hij dat niet, dan kan de rechter zo nodig een betalingsregeling opleggen en de schuldeiser veroordelen tot het betalen van de proceskosten. Het is wel belangrijk dat béíde voorstellen worden aangenomen, zodat de rechter slechts dient als stok achter de deur en er zo veel mogelijk van dit soort schulden minnelijk worden opgelost. Dus ja, ik hoop van harte dat dit wetsvoorstel er snel komt en wordt doorgevoerd.’

Dat zegt LOSR-woordvoerder André Moerman over het wetsvoorstel dat minister Dekker (Rechtsbescherming) in een Kamerbrief aankondigde, om betalingsregelingen te promoten en daarmee de immer stijgende schuldenlast in Nederland af te remmen. Die voorstellen doet het kabinet als reactie op een onderzoek uit 2020 waarin de praktijk van betalingsregelingen tegen het licht werd gehouden. In de woorden van de onderzoekers: “Het doel van het onderzoek is om in kaart te brengen hoe de private markt invulling geeft aan betalingsregelingen en om uit te werken hoe gestimuleerd kan worden dat er voordat een zaak voor de rechter wordt gebracht, geprobeerd wordt om een haalbare minnelijke betalingsregeling te treffen.”

Betalingsregeling blijft nu nog te vaak achterwege
André Moerman deed namens de LOSR mee aan dat onderzoek, samen met Nadja Jungmann lector Schulden & Incasso (Hogeschool Utrecht) en Panteia. De uitkomsten ervan waren voor mensen met schulden niet hoopgevend. André Moerman: ‘De debiteur heeft wettelijk geen recht op een betalingsregeling, enkele uitzonderingen daargelaten. Alleen met instemming van de schuldeiser mag de debiteur de openstaande schuld in termijnen voldoen. Zo staat het in artikel 6:29 van het Burgerlijk Wetboek.’

Een betalingsregeling is dus geen vanzelfsprekendheid. André Moerman: ‘Schuldeisers gaan er dan ook heel verschillend mee om. Het gros van de schuldeisers staat er gelukkig wel voor open, maar er zijn er nog te veel die botweg weigeren om mee te werken of die onrealistische termijnbedragen vragen. Ook als de debiteur aantoont dat hij simpelweg het géld niet heeft.’

Van de regen in een stortbui
Overigens is een betalingsregeling niet altijd het ei van Columbus. André Moerman: ‘Sommige mensen hebben zoveel schulden dat binnen een redelijke termijn álles terugbetalen echt geen optie is. Voor hen is een schuldsaneringstraject met gedeeltelijke kwijtschelding van schulden vaak de enige manier om binnen afzienbare tijd uit de schulden te komen.’
Ook dit onderzoek maakt trouwens weer duidelijk dat bij veel mensen met schulden vaak veel meer aan de hand is dan alleen betalingsachterstanden. ‘Voor sociaal raadslieden is dat natuurlijk niks nieuws. Bijna altijd zien we ook sociale problemen; van sociaal isolement tot huiselijk geweld, van kinderverwaarlozing tot een verstandelijk beperking. De stapeling van problemen leidt vaak tot een schaamte en apathie; ze overzien het niet meer en leven bij de dag. Dan zie je dat ook als ze een schuld wél in termijnen zouden kunnen aflossen, toch geen contact opnemen met de schuldeiser. Waardoor de zaak verergert.’

Ook als er wél een betalingsregeling komt, kan het nog fout gaan. ‘Mensen met schulden zijn vaak toch nog te positief over hun budget; daardoor gaan ze soms akkoord met een termijnbedrag dat ze eigenlijk helemaal niet kunnen opbrengen. Dan raken ze van de regen in de drup of zelfs in een stortbui.’

De tussenkomst van de rechter heeft voor mensen met schulden trouwens niet altijd het gehoopte resultaat, zo blijkt uit het onderzoek. André Moerman: ‘Als een incassozaak voor de rechter komt, komt 70 tot 80% van de debiteuren niet opdagen. Degenen die wel verschijnen, denken vaak dat ze bij de rechter alsnog een betalingsregeling kunnen treffen. Maar in de regel kan dat helemaal niet, al was het maar omdat de schuldeiser lang niet altijd aanwezig is. In dat geval kan de rechter de vordering alleen toe- of afwijzen, al dan niet gedeeltelijk. Daarbij kijkt de rechter niet of iemand überhaupt in staat is om te betalen. Bovendien moet de schuldenaar als verliezende partij dan ook nog eens de proceskosten betalen.’

Voorstel Dekker: de rechter kan betalingsregelingen opleggen
Minister Dekker heeft de Kamer inmiddels een brief gestuurd waarin hij reageert op het onderzoeksrapport. Op grond daarvan kondigt hij bovendien een wetsvoorstel aan om de rechter de mogelijkheid te geven een betalingsregeling op te leggen. André Moerman: ‘Die is bedoeld voor situaties waarbij het niet reëel en billijk is om van iemand te verwachten dat hij al zijn schulden in één keer betaalt; en om situaties waarbij partijen het niet eens kunnen worden over het termijnbedrag van een betalingsregeling.’

De Raad voor de rechtspraak steunt het voorstel van de minister om de rechter dit extra instrument te geven. André Moerman: ‘Ze verwachten geen problemen in de praktijk. De rechter heeft nu al voldoende mogelijkheden om relevante informatie voor zo’n betalingsregeling op te vragen; onder meer over het inkomen van de schuldenaar, eventuele andere schulden, beslagen of betalingsregelingen.’
De verwachting van de minister en de Raad is dat als eenmaal bekend is dat rechters betalingsregelingen kunnen opleggen, méér mensen met schulden naar de rolzitting komen of schriftelijk op de dagvaarding reageren. ‘En dan daalt het aantal verstekzaken.

Schuldeiser moet contact opnemen met klant
Van de schuldeiser mag worden verwacht dat hij contact opneemt met degene die bij hem in het krijt staat, of dat tenminste probéért, vindt nu ook minister Dekker. André Moerman: ‘In vaktaal heet dat de “inverbindingstelling”. De schuldeiser moet een poging doen om er samen uit te komen, bijvoorbeeld met een betalingsregeling.’

Uit de Kamerbrief blijkt dat de minister wil stimuleren dat partijen daarover nadenken vóórdat de schuldeiser een dagvaarding uitbrengt. ‘Hij overlegt nog met de Raad voor de rechtspraak of het mogelijk is om de schuldeiser in de dagvaarding te laten vermelden of hij met de andere partij overleg heeft gehad over een schikking. In dat geval weet de rechter dus hoe ze zich voorafgaand aan de zitting hebben opgesteld en dan kan hij daar tijdens de zitting op ingaan. En daar kan hij ook rekening mee houden bij zijn afweging over wie proceskosten moet betalen.’

De Raad onderschrijft sowieso het dóél van de inverbindingstelling. ‘Maar ze voorzien wel problemen in de uitvoering en extra werk voor schuldeisers, incassobureaus en de rechtspraak. Daarover gaan ze nog in gesprek met de minister. Hij wil kijken of de inverbindingstelling eraan bijdraagt dat er meer betalingsregelingen komen, en of de nadelen en de kosten ervan opwegen tegen de baten.’

LOSR tevreden
Al met al is de LOSR zeker niet ontevreden met de plannen van minister Dekker. André Moerman: ‘Zijn twee voorstellen sluiten goed aan bij de denkrichtingen uit ons rapport. Het is daarbij wel van cruciaal belang dat echt beide voorstellen worden ingevoerd, want je wil niet dat de rechter het te druk krijgt met het opleggen van betalingsregelingen. De mogelijkheid van een proceskostenveroordeling moet er voor zorgen dat schuldeisers echt hun best doen om een betalingsregeling te treffen. Als dat lukt is dat trouwens ook goed nieuws voor sociaal raadslieden. Dat kan hen een hoop werk schelen.’

  • Lees de Kamerbrief en het onderzoeksrapport hier