Nieuwsbericht

LOSR wint rechtszaak: deurwaarder mag geen kosten berekenen voor oproepen voor e-Court

22 januari 2019 | 2 minuten lezen

De Landelijke Organisatie Sociaal Raadslieden, aangesloten bij Sociaal Werk Nederland, heeft op alle onderdelen gelijk gekregen: deurwaarders mogen geen 'ambtelijke kosten' in rekening brengen voor een oproep voor e-court. Deurwaarders kunnen die kosten wel in rekening brengen voor bijvoorbeeld een oproep om voor de kantonrechter te verschijnen. e-Court is een commerciele instelling en geen overheidsinstelling. 

3,3 miljoen euro
André Moerman, voorzitter van de signaleringscommissie van de LOSR, had de zaak samen met een client aangespannen, tegen een van de grootste deurwaarderskantoren. Dit kantoor, deurwaarderskantoor GGN, heeft bij zo'n 33.000 mensen ten onrechte ongeveer honderd euro in rekening gebracht voor een oproep voor e-court. In totaal gaat het dus om pakweg 3.3 miljoen euro.

De uitspraak van de tuchtrechter opent volgens sociaal raadslieden de weg voor tienduizenden mensen om ten onrechte betaalde deurwaarderskosten terug te vorderen. Volgens de kamer voor gerechtsdeurwaarders in Amsterdam bracht deurwaarder Rinus van Etten kosten in rekening bij een schuldenaar terwijl dat niet mocht.

Zijn kantoor riep mensen op voor e-court, de digitale geschillenbeslechter die concept-vonnissen produceert voor de rechtbank. Bij die oproep voor e-court werden 'ambtelijke kosten' in rekening gebracht, zoals een deurwaarder die in rekening mag brengen voor een oproep om voor de kantonrechter te verschijnen. De tuchtrechter oordeelt dat een oproep voor e-court en een oproep voor de kantonrechter de deurwaarder niet dezelfde rechten op 'ambtelijke kosten' geeft.

Verwarring
André Moerman: "Ik ben er erg blij mee. Dat de rechter geen maatregel heeft opgelegd aan het kantoor GGN vind ik overigens niet terecht; maar ik snap het wel ten aanzien van het aanmerken van een ambtshandeling. De verantwoordlijkheid voor die verwarring is ontstaan door de notitie van de KBvG. Organisaties zoals GGN volgden wat de KBvG als richtlijn aangaf. Maar ik snap het niet ten aanzien van het in rekening brengen van kosten. Zie onderdeel 4.5. Daar is geen verwarring over geweest."

Beide partijen gaan in beroep
Zowel Moerman als Van Etten overwegen in appel te gaan tegen de uitspraak. Moerman omdat de tuchtrechter Van Etten geen sanctie oplegde, Van Etten omdat volgens hem de gang van zaken rond de oproep voor het e-court eerder goedkeuring kreeg van zowel de beroepsorganisatie als van verschillende rechtbanken.

Hier lees je het artikel van Follow the Money, en hier van de NOS. 
Update: op 5 september 2019 diende het hoger beroep. Uitspraak 19 november ov.