Nieuwsbericht

Proefprocedure: LOSR pakt onrechtmatige deurwaarderskosten e-Court aan

25 mei 2018 | 3 minuten lezen

Deurwaarders hebben cliënten ten onrechte laten betalen voor oproep om voor e-Court te verschijnen. In totaal gaat het om miljoenen euro’s. LOSR dient klacht in en start terugvorderingsprocedure.

Een aantal deurwaarderskantoren heeft cliënten op grote schaal maar in strijd met wet- en regelgeving kosten in rekening gebracht voor de oproep om voor e-Court te verschijnen. Het gaat al gauw om een paar miljoen euro. Bovendien hebben ze daarbij ongeoorloofd in de Basisregistratie personen gekeken.

In het rapport “Rechtspraak op bestelling?!” heeft de Landelijke Organisatie Sociaal Raadslieden (LOSR/Sociaal Werk Nederland) deze werkwijze al aan de kaak gesteld. In antwoord op Kamervragen heeft minister Dekker de analyse van de LOSR onderschreven. Ook volgens hem handelen deze deurwaarders in strijd met de wet.

De beroepsorganisatie van deurwaarders houdt echter vast aan het standpunt dat de deurwaarderskantoren rechtmatig hebben gehandeld. Dat is voor de LOSR reden om de kwestie opnieuw aan te kaarten. Op 24 mei 2018 heeft de LOSR een klacht ingediend bij de Kamer voor Gerechtsdeurwaarders. Bovendien bereiden ze een proefprocedure voor om het geld terug te vorderen.

Kosten in strijd met wet
In het rapport “Rechtspraak op bestelling?!” heeft de LOSR/Sociaal Werk Nederland uitgebreid onderbouwd dat de deurwaarders in strijd met wet- en regelgeving kosten in rekening hebben gebracht voor de oproep om voor e-Court te verschijnen. De oproep wordt namelijk via een exploot betekend. Volgens deze deurwaarderskantoren is het uitbrengen van de oproep een officiële taak van de deurwaarder. De LOSR concludeert en onderbouwt dat de wettelijke basis hiervoor ontbreekt. Dit betekent dat de deurwaarders ten onrechte:
•    zo’n € 100 aan kosten per oproep in rekening hebben gebracht
•    in de Basisregistratie Personen en het Digitaal Beslagregister gerechtsdeurwaarders hebben gekeken.

Minister Dekker geeft LOSR gelijk
Uit antwoord op Kamervragen en een brief aan de Tweede Kamer blijkt dat ook minister Dekker vindt dat er geen sprake is van een officiële taak voor de deurwaarder en dat er ten onrechte kosten zijn berekend:

“De definitie van ambtshandeling in de Gerechtsdeurwaarderswet gaat uit van een opgedragen taak aan de gerechtsdeurwaarder en daarvan is bij een oproeping van e-Court geen sprake.

Als er geen sprake is van een ambtshandeling mag de gerechtsdeurwaarder de kosten voor deze werkzaamheden niet in rekening brengen bij de debiteur. Ik heb mijn standpunt hierover onder de aandacht gebracht van de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (KBvG). Overigens is het Bureau financieel toezicht belast met het integraal toezicht op het (financiële) deel van het werk van de gerechtsdeurwaarders.

In algemene zin acht ik het in rekening brengen van onnodige kosten bij een debiteur onwenselijk en niet in lijn met de door het kabinet geformuleerde Rijksincassovisie omdat het leidt tot extra schuldophoging.”

KBvG houdt voet bij stuk
Uit een reactie van de KBvG op ons rapport bleek al dat de KBvG de analyse van de LOSR niet deelt. Er is volgens de KBvG wél sprake van een ambtshandeling en de deurwaarder mag dus wel in de Basisregistratie personen kijken. Bovendien brengt de deurwaarder volgens de KBvG de kosten van de oproep niet bij de debiteur maar bij de schuldeiser in rekening. Een onbegrijpelijk standpunt nu de kosten tocht echt in het exploot staan vermeld.
Ondanks het duidelijke antwoord van de minister houdt de beroepsorganisatie voet bij stuk. Dat is een extra reden voor de LOSR om twee vervolgstappen te zetten: een tuchtklacht en een proefprocedure.

Tuchtklacht ingediend
Op 24 mei 2018 hebben we over de e-Court-oproep namens een cliënt een klacht ingediend bij de Kamer voor gerechtsdeurwaarders. De klacht tegen het deurwaarderskantoor heeft zes onderdelen. Het deurwaarderskantoor heeft in strijd met de wet- en regelgeving:

  1. de oproep als ambtshandeling bij exploot uitgebracht;
  2. de Basisregistratie personen en het Digitaal beslagregister geraadpleegd;
  3. de kosten met verwijzing naar Btag bij de schuldenaar in rekening gebracht;
  4. e-Court en de rechtbank Overijssel op het verkeerde been gezet door onjuiste informatie in het exploot;
  5. door de wijze van uitbrengen van de oproep onnodig kosten gemaakt;
  6. kosten voor salaris van de gemachtigde bij de schuldenaar in rekening gebracht.

We hebben de Kamer verzocht om het Bureau Financieel Toezicht opdracht te geven onderzoek te doen naar de aard en omvang van de beklaagde handelingen, want dat is van belang bij de beoordeling van de ernst van de klacht. Download hier de klachtbrief.

Proefprocedure starten
Met een tuchtklacht kunnen de ten onrechte in rekening gebrachte kosten nog niet worden teruggehaald. Die kosten willen we nu namens een cliënt terugvorderen via een civiele procedure. Iedereen die in dezelfde situatie zit kan de uitkomst van deze proefprocedure dan gebruiken.
Op dit moment bereiden we die procedure inhoudelijk voor en regelen we de financiering. Uiteraard mag de betreffende cliënt niet het risico lopen voor de proceskosten op te draaien. Financiële ondersteuning voor deze procedure is welkom, Info@sociaalwerk.nl