Nieuwsbericht

Voorschool mist 20 tot 25 procent van doelgroep

Chris Bos
11 juni 2018 | 2 minuten lezen

Rotterdam loopt voorop bij het in elkaar schuiven van gesubsidieerde peuterspeelzalen en commerciële kinderopvang. Maar dat beleid pakt averechts uit. Dat stelt Heinz Schiller in een interview met Binnenlands Bestuur. ‘In de moeilijkste wijken van de stad loopt het aantal aanmeldingen voor de voorschool terug,’ zegt de directeur van Peuter & Co.
Daarin staat Rotterdam trouwens niet alleen, stelt Ernst Radius, adviseur van Sociaal Werk Nederland. 'Ook uit andere gemeenten krijgen we signalen dat het veel moeite kost om doelgroepouders binnenboord te houden. Dat gevaar hebben we eerder al benoemd, bijvoorbeeld in ons boekje over de harmonisatie.'

Verschil maken
Tweejarigen blijken na vier jaar vve de helft van hun achterstand te hebben ingelopen, aldus Binnenlands Bestuur. Vrijwel alle 70 locaties van De Rotterdamse Peuterschool zijn ondergebracht bij een basisschool en dat is niet voor niets. Peuter & Co biedt bijna 2.600 Rotterdamse kinderen voorschoolse educatie en hecht grote waarde aan het creëren van een doorgaande leerlijn voor kinderen van 2 tot 6 jaar. ‘Wij hebben peuters maar anderhalf jaar twaalf uurtjes per week onder onze hoede. In die tijd kunnen we niet het verschil maken,’ stelt directeur Heinz Schiller. ‘Daarom werken we intensief samen met basisscholen. We willen een echte voorschool zijn.’

Terugloop
De medewerkers van de Rotterdamse peuterschool doen volgens directeur Schiller elke dag ‘hun stinkende best’ om achterstandskinderen ontwikkelingskansen te bieden. Dat levert ook positieve rapporten op van de Onderwijsinspectie en de GGD. Daarom is het zuur dat het aantal aanmeldingen terugloopt.
Heinz Schiller wijt de terugloop aan het in elkaar schuiven van gesubsidieerde peuterspeelzalen en commerciële kinderopvang die sinds 1 januari landelijk verplicht is. Daarmee loopt Rotterdam voorop, vanuit de wens kinderen van werkende ouders en achterstandskinderen samen te laten spelen en leren en álle peuters “een vliegende start” te geven. Daarom hebben alle Rotterdamse peuters, kansarm én kansrijk, sinds september 2016 recht op twee dagdelen per week opvang tegen ‘een geringe, inkomensafhankelijke vergoeding’. Kinderen met een vve-indicatie krijgen twee gratis dagdelen extra.

Schuldenproblematiek
Het is goed bedoeld, vindt Schiller, maar het betekent in de praktijk dat alle ouders voor de eerste twee dagdelen een inkomensafhankelijke bijdrage moeten betalen. Ouders in de laagste inkomenscategorie betalen 0,45 cent per uur, wat neerkomt op € 10,80 per maand. Ouders die allebei werken en wat meer verdienen dan het minimum, betalen een hoger tarief, maar kunnen een kinderopvangtoeslag aanvragen bij de Belastingdienst. Medewerkers van Peuter & Co kunnen daarbij helpen maar dan moeten ouders naar het hoofdkantoor komen en dat vinden ze vaak te veel rompslomp. ‘Wij zitten in wijken waar de schuldenproblematiek groot is en waar veel laaggeletterden wonen. Die mensen zien er tegenop om hun hele doopceel lichten om hun kind te kunnen inschrijven voor de peuterschool. Ze hebben wel iets anders aan hun hoofd,’ weet Heinz Schiller.

Schandalig
Heinz Schiller hoopt dat het nieuwe gemeentebestuur van Rotterdam terugkeert naar de oude situatie waarin kinderen met een vve-indicatie vijf dagdelen per week vrijwel gratis naar de voorschool konden en dat er wat geld overblijft voor het uitbouwen van de ouderbetrokkenheid. ‘Wij zouden deze ouders graag een keer per week thuis bezoeken om ze te begeleiden in het stimuleren van de ontwikkeling van hun kind.’
Voor het bestrijden van achterstanden heb je gericht beleid nodig, stelt hij. ‘We moeten drempels slechten in plaats van barrières opwerpen, zoals nu gebeurt. Daardoor missen we in de moeilijkste wijken van Rotterdam 20 tot 25% van de doelgroep. Dat is dramatisch. Nee, het is schandalig.’
Lees het volledige interview in Binnenlands Bestuur nr. 11 van deze week (inlog)