Activiteit

Conferentie Ouderen en Kunstbeoefening

20 jan
Amsterdam
Vrijdag 20 januari 2012
Congres
1 minuut lezen

Conferentie Ouderen en Kunstbeoefening

Tot op zeer hoge leeftijd kun je amateurkunst beoefenen, wat enorm bijdraagt aan het gevoel van welbevinden. Juist voor senioren is amateurkunst een prettige dagbesteding, een middel om onder de mensen te blijven en een manier om geestelijk actief te zijn.

Voor het project Ouderen en Kunstbeoefening is onderzoek gedaan naar de rol die kunstbeoefening kan vervullen in de welzijnsbeleving van ouderen. Op basis daarvan wordt een stimulerings- en faciliteringsprogramma ontwikkeld, om kunstbeoefening met en door ouderen een impuls te geven.

Zet 20 januari alvast in uw agenda; dan is de conferentie Ouderen en Kunstbeoefening. Dan bespreken we met u de uitkomsten van het onderzoek en presenteren we de contouren van het stimulerings- en faciliteringsprogramma.

Datum: vrijdag 20 januari 2012
Tijd: 9.30 – 14.00 uur
Locatie: Amsterdam
Voor wie: Directie, management en professionals uit de cultuur-, welzijns- en (ouderen)zorgsector

Heeft u interesse en wilt u zich alvast aanmelden? Dat kan via www.kunstfactor.nl.

Inhoud conferentie
Hedy d’Ancona is uw dagvoorzitter. Prof. Dr. Roelof Hortulanus geeft een analyse van het welzijn van ouderen in relatie tot kunstbeoefening. Hortulanus bekleedt als bijzonder hoogleraar de leerstoel ‘Sociale interventies en lokaal sociaal beleid’ (gefinancierd door de MOgroep) aan de Universiteit van Humanistiek te Utrecht.
Hoe kan het faciliteren en stimuleren van kunstbeoefening door ouderen zowel in de welzijns- als cultuursector op de agenda gezet worden? Dat bespreekt een panel bestaande uit landelijke en lokale beleidsmedewerkers, deskundigen uit de fondsenwereld en welzijn en cultuur.

Partners
Het project wordt mede gefinancierd door Fonds Sluyterman van Loo, RCOAK, VWS, Rabobank Foundation en een aantal andere fondsen. Het onderzoek is – in opdracht van Kunstfactor, Fonds Sluyterman van Loo en ouderenfonds Stichting RCOAK – uitgevoerd door het Landelijk Expertisecentrum Sociale Interventie (LESI).