Nieuwsbericht

Nieuwe tool geeft meer duidelijkheid over vennootschapsbelastingplicht

Chris Bos
16 november 2021 | 4 minuten lezen

Een blauwe envelop over de vennootschapsbelasting kan een aanslag zijn op je voortbestaan, merken sommige sociaalwerkorganisaties tot hun schrik. Maar dat gevaar vermindert aanmerkelijk als je op tijd de juiste stappen zet. Dat was de belangrijkste les voor de ruim 90 deelnemers aan de drie regionale bijeenkomsten over de vennootschapsbelasting (Vpb) die Sociaal Werk Nederland organiseerde. En het goede nieuws: er is een tool om te bepalen of je organisatie Vpb-plichtig is; en zo ja: dan kun je door aftrekposten op te voeren ervoor zorgen dat je minder of zelfs niets hoeft te betalen. Zeker als je met veel vrijwilligers werkt is dat een kansrijke mogelijkheid.

Senior adviseur Marcel Mathijssen kijkt tevreden terug op de drie bijeenkomsten, waarbij steeds ook zes adviseurs van de Belastingdienst aanwezig waren om tekst en uitleg te geven. Om te beginnen over de vijf hardnekkigste misverstanden onder sociaalwerkorganisaties over de vennootschapsbelastingplicht:

  • “we zijn ANBI/non-profit, dus hebben we geen Vpb-plicht”
  • “we zijn geen onderneming, dus hebben we geen Vpb-plicht”
  • “we streven niet naar winst, dus hebben we geen Vpb-plicht”
  • “een vergelijkbare sociaalwerkorganisatie bij ons in de buurt is niet Vpb-plichtig, dus wij vast ook niet”
  • “we hebben een verklaring van de accountant dat we niet Vpb-plichtig zijn, dat is toch voldoende?”

Marcel Mathijssen: ‘Op iedere bijeenkomst kwamen die toch weer voorbij. Maar nogmaals: in principe kan echt íédere sociaalwerkorganisatie Vpb-plichtig zijn. Of je ook echt een áánslag krijgt, hangt af van uiteenlopende factoren. En het goede nieuws is dat bureau DUROI onze eerdere handreiking daarover heeft verwerkt in een tool, een soort self-assessmentinstrument. Als je die invult kom je erachter of je wel of niet Vpb-plichtig bent, of een twijfelgeval. Daarvoor kun je relevante documenten uploaden in een beveiligde omgeving. Die heb je dus al klaarstaan, voor het geval dat… ‘
Dat laatste is ook handig voor de toekomst. ‘Want wat velen ook niet weten is dit: als je het ene jaar niet Vpb-plichtig bent wil dat níét wil zeggen dat je dat een volgend jaar nog steeds niet bent. Dus ons advies is: vul die tool eens per twee à drie jaar in.’

Vervolgens kun je de uitkomst (tegen betaling) laten beoordelen door DUROI. Marcel Mathijssen: ‘Ons advies is: ga naar het Belastingkantoor als de uitkomst luidt “twijfel” of Vpb-plichtig. Daarin kan Duroi trouwens ook begeleiden. En de Belastingdienst zegt “compliant gedrag” te belonen. Anders gezegd: als je zelf aan de bel trekt kun je op enige coulance rekenen.’
De Vpb-plicht kan trouwens met terugwerkende kracht worden opgelegd. ‘En het kost je weken zo niet maanden om dan om alle benodigde informatie op te halen, vertelde een deelnemer die dat was overkomen. Je moet over vijf jaar terug een fiscale exploitatierekening opstellen. Dus de les is: hoe langer je wacht, hoe meer rompslomp.’

Lichtpuntje
Een lichtpuntje in het verhaal is de mogelijkheid om vrijwilligerskosten af te trekken als je Vpb-plichtig bent bevonden. Marcel Mathijssen: ‘Hoe meer vrijwilligers, hoe hoger die aftrekpost. Dat kan er zelfs toe leiden dat je uiteindelijk niets hoeft te betalen. In de wet is er echter niet vastgelegd dat je de uren van vrijwilligers moet registreren. Toch moet je wel aannemelijk kunnen dat ze een bepaald aantal uren werkzaam zijn geweest. Daarvoor hebben we samen met de Belastingdienst deze oplossing bedacht: bied iedere vrijwilliger bij de start van zijn “werk” een eenvoudige vrijwilligersovereenkomst aan. Met daarin wel het aantal verwachte uren inzet, maar ze hoeven niet het bsn in te vullen. We ontwikkelen een module waarin je die verwachte ureninzet anoniem kunt invoeren en dan rolt eruit welk bedrag te kunt aftrekken.’
En die methode is goedgekeurd door de Belastingdienst? ‘Nee, dat niet! Dat willen en kunnen ze niet op voorhand zeggen. De kans is volgens ons heel groot, maar er is geen waterdichte garantie. Maar dat geldt voor alle tools en handreikingen op dit gebied. We bespreken met hen de opzet, maar toch zetten ze er geen stempel op “Goedgekeurd door de Belastingdienst”.

Meer begrip
Neemt niet weg dat door deze bijeenkomsten het onderlinge begrip tussen de Belastingdienst en het sociaal werk is vergroot. Marcel Mathijssen: ‘Bovendien is er nu landelijk beleid, organisaties zijn niet meer afhankelijk van het beleid van hun regionale belastinginspecteur. Er is een uniforme behandeling. En bij de Belastingdienst is er nu één telefoonnummer en één e-mailadres waar sociaalwerkorganisaties terecht kunnen met vragen.'

En nog meer goed nieuws: voor wie de regionale bijeenkomsten heeft gemist komt er een herkansing. ‘We zijn nog een extra bijeenkomst aan het plannen; dat wordt een landelijke meeting en als het even kan live. Zodra we de datum ervan weten zullen we onze leden daarover informeren.’

De Vpb-toolkit vind je via deze link. Wil je eerst een kijkje nemen in die toolkit? Vraag dan bij je aanmelding om een demoversie.

Bijlagen:

___________________________________________________________________________________________________________________________________

Ook de inzet van stagiaires kun je opvoeren als aftrekpost
‘We werden in 2015 al aangeslagen voor vennootschapsbelasting, als een van de eerste sociaalwerkorganisaties. Dat was wel even schrikken, dus we hebben druk overlegd gevoerd met onze accountant en fiscalist. Gelukkig ontdekten we de aftrekpost voor inzet van vrijwilligers, al dachten we toen nog dat we daarvoor ook met het cao-loon konden rekenen. Op de regio-bijeenkomst hoorde ik dat het gaat om het minimumloon. Voor ons maakt het gelukkig niet veel uit want wij hebben zoveel inzet door vrijwilligers dat in beide gevallen de aftrekpost zo hoog is dat we geen Vpb verschuldigd zijn.
Bovendien hoorde ik op de bijeenkomst dat je ook de inzet van stagiaires kunt opvoeren als aftrekpost. Daarvan hebben we er ook zo’n vijftig per jaar, dus dat scheelt ook weer.

Sowieso ben ik heel blij dat Sociaal Werk Nederland deze bijeenkomsten organiseert, zodat de vennootschapsplicht voor organisaties voor sociaal werk landelijk aandacht krijgt. Zeker ook vanwege die aftrekpost “vrijwilligers”. Niet iedere organisatie heeft een vrijwilligersadministratie en dan kun je de inzet van de vrijwilligers niet opvoeren als aftrekpost, terwijl het echt het verschil kan zijn tussen wel of niet vennootschapsbelasting betalen. Goed dat er een tool voor komt, zeker voor organisaties die hier nog niet eerder mee van doen hebben gehad.

Bovendien was het leuk en leerzaam om eens als financials bij elkaar te zitten. Hrm’ers hebben hun OPOF-bijeenkomsten, maar wij als controllers hebben niet met regelmaat een dergelijke bijeenkomst georganiseerd door SWN. Dat is dus echt voor herhaling vatbaar, een onderwerp zou bijvoorbeeld de btw-plicht kunnen zijn. Nu moet ieder voor zich dat met z’n fiscalist uitzoeken, maar daarover zou je ook je kennis kunnen delen.’

Marianne van den Heuvel, manager bedrijfsbureau Sociom
____________________________________________________________________________________________________________________________________