Nieuwsbericht

Wetsvoorstel maatschappelijk verantwoord inkopen Jeugdwet en Wmo 2015

2 mei 2021 | 1 minuut lezen

Gemeenten hoeven in de toekomst mogelijk niet meer te bekijken wie zorg het meest voordelig aanbiedt. Een nieuwe wet moet een einde maken aan de ingewikkelde aanbestedingsprocedures voor jeugdzorg en maatschappelijke ondersteuning. Na een akkoord in de ministerraad, is het wetsvoorstel maatschappelijk verantwoord inkopen Jeugdwet en Wmo 2015 naar de Tweede Kamer gestuurd.

Gemeenten voeren de Jeugdwet en de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) uit door contracten met aanbieders te sluiten. In de aanbestedingsprocedures moeten ze nu nog kiezen voor de aanbieder met de ‘economisch meest voordelige inschrijving’, het zogeheten emvi-criterium. In de praktijk betekent dit dat gemeenten offertes moeten opvragen en beoordelen. Met dit wetsvoorstel wordt het emvi-criterium geschrapt. Dit maakt aanbestedingsprocedures zonder offertefase mogelijk.

Reële prijs
Naast het schrappen van het emvi-criterium maakt het wetsvoorstel het mogelijk om regels op te stellen waar gemeenten rekening mee moeten houden bij het bepalen van een reële prijs voor de in te kopen jeugdzorg. Voor de inkoop van maatschappelijke ondersteuning bestaan deze regels al. Na inwerkingtreding van de wet kunnen er regels worden opgesteld die leiden tot een zorgvuldige inkoop van jeugdzorg en maatschappelijke ondersteuning en daarmee de continuïteit daarvan.

Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport maakt een handreiking om gemeenten te helpen bij de vormgeving van de eenvoudigere aanbestedingsprocedures. “Minder markt, meer samenwerking. Daar gaat het om. Hoe minder tijd we op maken aan papier en ingewikkelde aanbestedingen, hoe meer tijd er is voor zorg en samenwerking”, aldus minister Hugo de Jonge van VWS.
Zie ook berichtgeving over het wetsvoorstel maatschappelijk verantwoord inkopen Jeugdwet en Wmo 2015.
Beter aanbesteden? Volg de aanbiedingen en trainingen bij 1sociaaldomein.