Nieuwsbericht

Sociaal advocaten, sociaal raadslieden en het Juridisch Loket weten elkaar steeds beter te vinden

Chris Bos
24 september 2020 | 2 minuten lezen

De eerste reacties zijn enthousiast, aldus Alexandra Krop. ‘Sociaal advocaten, sociaal raadslieden en medewerkers van het Juridisch Loket ervaren weer de meerwaarde van het elkaar kennen, van de korte lijntjes. “Weer meer zoals het vroeger was”.’
En dan gaat het over de eerste weken van de pilot Samenwerken in de eerste lijn, een initiatief van de Nederlandse orde van advocaten (NOvA) samen met de Raad voor Rechtsbijstand (RvR), het Juridisch Loket (hJL), Sociaal Werk Nederland (SWN), Sociaal Raadslieden Werk (SRW) en de Vereniging Sociale Advocatuur Nederland (VSAN). Alexandra Krop: ‘Met als doel de samenwerking te verbeteren zodat rechtzoekenden vaker en sneller een passende oplossing krijgen.’

Drie experimenten
Om dit te bereiken zijn binnen de pilot in alle vijf regio’s drie experimenten gestart:

  • een piketdienst
  • een signaleringsoverleg
  • het ontwikkelen en verzamelen van best practices

De vijf regio’s zijn: Amsterdam, Utrecht, Nijmegen, Zwolle en Walcheren. Daarbij gaat het om een aantal rechtsgebieden: vreemdelingenrecht, verbintenissenrecht (inclusief  huurrecht en consumentenrecht), arbeidsrecht, sociale voorzieningen en sociale verzekeringen. Alexandra Krop: ‘En dus nog niet over bijvoorbeeld personen- en familierecht. Kwesties op dat gebied gaan vaak sneller naar de advocatuur.’

Namens Sociaal Werk Nederland zit Ernst Radius in de stuurgroep en zat Alexandra Krop tot voor kort in de projectgroep die het uitvoerende werk doet. ‘Die taak heb ik inmiddels overgedragen aan Sandra van Elten. Zij onderhoudt voortaan het contact met de coördinatoren van de sociaal raadslieden en houdt zich bezig met het signaleringsoverleg.’

Het juiste loket
Vanwege de virusuitbraak heeft de pilot een paar maanden vertraging opgelopen, maar begin september zijn dan toch in alle vijf regio’s online startbijeenkomsten geweest. ‘Allemaal drukbezocht. In Amsterdam deden er ruim 70 mensen mee, onder wie veel sociaal advocaten. Overal waren mensen heel bevlogen en blij met het initiatief. En ja, we willen ook allemaal hetzelfde: een versteviging van de positie van rechtszoekenden; zorgen dat iemand met een juridische hulpvraag snel bij het juiste loket terecht komt. Dus geen “overbehandeling” maar ook geen “onderhandeling”.

Vandaar de piketdienst. ‘Die kan het bijvoorbeeld vergemakkelijken dat een sociaal advocaat kan bellen met een sociaal raadsman om te sparren over een bepaalde hulpvraag als ie denkt dat er meer in het spel is dan alleen die juridische vraag. En andersom kunnen sociaal raadslieden snel contact opnemen met sociaal advocaten of het Juridisch Loket over de juridische aspecten van een hulpvraag.’

Warme overdracht
Met die piketdiensten is inmiddels in iedere regio begonnen. Alexandra Krop: ‘Die zijn afgestemd op de spreekuren van de sociaal raadslieden en het Juridisch Loket. De sociaal advocaten zijn dan ook bereikbaar. Het zijn dus afgebakende uren. Maar wat blijkt? Ook búíten die uren zijn er contacten, blijkt nu al.’

De piketdiensten zijn ook een belangrijke bron voor de maandelijkse signaleringsoverleggen in iedere regio. Alexandra Krop: ‘In elke regio nemen daaraan de coördinatoren deel van de sociaal raadslieden, het Juridisch Loket en de sociale advocatuur. Ze verzamelen zowel mooie voorbeelden van “warme overdrachten” als belemmerende factoren. Wat valt daaraan te verbeteren? Weten we genoeg van elkaar? Die laatste vraag is een van de belangrijkste die momenteel opkomt.’

De gedachte is dat bij die signaleringsoverleggen ook partijen kunnen aansluiten die voor bepaalde typen van kwesties van belang zijn, zoals gemeente en woningcorporaties.

Kastje noch muur
De nieuwe werkwijze kan het vertrouwen van burgers in het systeem van rechtsbijstand verstevigen, verwacht Alexandra Krop. ‘De korte lijntjes van vroeger komen terug, hoor ik van deelnemers aan de pilot. Dat voorkomt dat burgers het gevoel krijgen dat ze van het kastje naar de muur worden gestuurd.’

De pilot loopt een half jaar. Een onderzoeksbureau gaat parallel aan de pilot onderzoeken wat de opbrengst ervan is. ‘En hopelijk zijn de resultaten zo positief dat we deze aanpak kunnen uitbreiden naar andere regio’s en nog meer rechtsgebieden.’