Nieuwsbericht

Onderzoek wijst uit: sociaal werk rendeert met een factor 1,6

8 februari 2021 | 5 minuten lezen

Sociaal werk is uitgedrukt in euro’s maatschappelijk rendabel en levert aanzienlijk meer op dan het kost. Direct en indirect draagt sociaal werk bij aan vermindering van zorggebruik, een gezonder en productiever arbeidsaanbod en een hogere kwaliteit van leven. Het precies vaststellen van de toegevoegde waarde in euro’s is echter complex, bijvoorbeeld omdat de winst niet altijd terugkomt bij degene die investeert. Dat schrijft Binnenlands Bestuur. 

Factor 1,6
Dat concludeert SEOR, Erasmus School of Economics, in een onderzoek dat op 9 februari 2021 verschijnt. Het gemiddelde berekende rendement van sociaal werk ligt bij de 32 onderzochte cases op ongeveer 1,6: de baten liggen een factor 1,6 hoger dan de kosten. De onderzochte data bieden te weinig houvast om een nauwkeurige schatting te maken van de precieze omvang van dit economisch rendement, stellen de onderzoekers. ‘Het is niet mogelijk om hier één algemeen prijskaartje aan te hangen, maar het sociaal werk betaalt zich wel degelijk terug.’ Door de inzet van sociaal werk wordt zorggebruik zowel verminderd als voorkomen. Gezien de stijgende zorguitgaven in Nederland ‘is dit een relevante constatering’, aldus de onderzoekers.

Eerste keer
Het is voor het eerst dat het maatschappelijk rendement van sociaal werk in Nederland zo breed is onderzocht. In een meta-analyse heeft SEOR 32 businesscases onderzocht. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van Sociaal Werk werkt! − de samenwerking van werkgeversorganisatie Sociaal Werk Nederland en de werknemersorganisaties FNV Zorg & Welzijn en CNV Zorg & Welzijn.

Baten
De onderzoekers hebben onder meer naar de kostenkant gekeken. In lang niet alle businesscases waren de kosten goed bijgehouden. ‘Aan de batenkant gaat het om effecten op welzijn, gezondheid, zorgconsumptie, economie, arbeidsmarkt en (op lange termijn) maatschappelijke effecten, zoals het tegengaan van voortijdige schooluitval of het verminderen van intergenerationele ongelijkheid binnen gezinnen’, stellen de onderzoekers. Niet alleen de literatuur, maar ook 32 onderzochte businesscases bevestigen dat ‘sociaal werk op deze aspecten meerwaarde levert’.

Eric van der Burg, voorzitter Sociaal Werk Nederland: ’Het is nu wel duidelijk dat sociaal werk als preventie-instrument loont. Nu draagt echter de een de kosten en krijgt de ander de winst. Dat remt het doorpakken. We moeten nu echt met zorgverzekeraars, gemeenten, woningcorporaties om tafel: er moet een gezamenlijke geldpot komen, een preventiefonds. Daar moet je het sociaal werk uit financieren.“

Toename zelfredzaamheid
Als het gaat om welzijn kan worden gedacht aan toename van zelfredzaamheid, eigenwaarde en zelfvertrouwen, maar ook aan lange termijn doelen als het voorkomen van voortijdig schoolverlaten en het voorkomen van uithuisplaatsing. In 24 van de 32 onderzochte cases waren rondom de verbetering van welzijn doelstellingen geformuleerd. Bij 20 cases is verbetering van het welzijn daadwerkelijk vastgesteld.

Minder (jeugd)zorg
Op korte termijn vermindert via sociaal werk het directe beroep op zorgprofessionals, zo kwam bij 14 cases naar voren. Het gaat daarbij onder meer om een lager beroep op de ggz en verslavingszorg, minder inzet van dure jeugdzorg, uitstel van instroom in een verzorgingstehuis of verpleeghuis en minder huisartsenbezoeken. De effecten op lange termijn − die zich zou moeten vertalen in een lager zorggebruik − zijn minder goed te meten, aldus de onderzoekers. In sommige gevallen kan sociaal werk leiden tot een stijging in de zorgkosten, in ieder geval op de korte termijn, concluderen de onderzoekers. ‘Dit heeft te maken met de signalerings- en doorverwijsfunctie van sociaal werk.’

Herverdeling
Sociaal werk heeft potentieel op korte termijn ‘een belangrijke maatschappelijke meerwaarde door het verminderen van het beroep op zorg, enerzijds als direct substituut voor dure vormen van zorg en anderzijds via preventie van een (direct) beroep op dure zorg’, stellen de onderzoekers. Mede daarom moet rekening worden gehouden met herverdelingsaspecten, tekenen zij aan. Niet alleen gemeenten – in de praktijk de belangrijkste financiers van sociaal werk – moeten voor de kosten opdraaien, terwijl veel anderen er (financieel) van profiteren. Een deel van de baten – minder Wmo-gebruik – komt gemeenten ten goede. ‘Het leeuwendeel van de baten, in het bijzonder besparingen op zorgkosten en eventuele winsten in termen van arbeidsparticipatie en arbeidsproductiviteit vallen aan andere partijen toe’, stellen de onderzoekers, zoals zorgverzekeraars, de zorgsector en bedrijven.

Belangrijke schakel -  inzet sociaal doorwerkers neemt het beroep op de zorg af
Ook uit een net verschenen zogeheten substitutiescenario dat ABF heeft gemaakt in opdracht van het ministerie van VWS, kwam naar voren dat sociaal werkers een belangrijke schakel zijn in de oplossing om tekorten in de zorg aan te pakken. ‘Door inzet van sociaal werkers worden verbindingen tussen mensen gelegd waardoor eenzaamheid afneemt en het welzijn en de gezondheid van mensen verbeteren, waardoor het beroep op de zorg afneemt’, aldus ABF. De inzet van sociaal werkers leidt tot een minder groot personeelstekort in de zorg.ABF noemt dat een ‘kansrijke oplossing voor de hele sector.’

Businesscases
SEOR onderzocht 51 recente businesscases, met daarin tenminste één sociaal werk organisatie én beschikbare informatie over uitkomsten van de business case op het vlak van welzijn, gezondheid, financiën en/of arbeidsmarkt. De cases hebben een grote variëteit binnen sociaal werk: van maatschappelijk werk tot maatschappelijke opvang en van jongerenwerk tot werken met ouderen, van breed welzijn in de wijk tot Welzijn op Recept.

Op basis van methodische en praktische criteria is er van 32 businesscases een nadere analyse gemaakt en deze cases zijn onderverdeeld naar hun mate van preventieve en collectieve werking. Een voorbeeld van een meervoudige, preventieve aanpak zijn de ‘Schilderswijk Moeders’. Door buurtcoaching en presentie in de wijk neemt eerstelijnszorg af en wordt tweedelijnszorg (bijvoorbeeld ziekenhuisopname) voorkomen. Een voorbeeld van een meervoudige curatieve aanpak is ‘Housing First’. Door dakloze mensen huisvesting te bieden en te werken aan hun problemen wordt uiteindelijk een geringer beroep gedaan op psychologische zorg en verslavingszorg.

Zie voor verdere informatie de website van Sociaal Werk Werkt, en de bijlagen: