Nieuwsbericht

Speel in op ondersteuningsbehoefte van gezinnen van statushouders - onderzoek

19 februari 2021 | 2 minuten lezen

   

vluchteling gezin

Welke opvoedingsvragen hebben statushouders die nog maar kort in Nederland zijn? Hoe kunnen professionals inspelen op vragen van deze ouders? Deskundigen hebben de ondersteuningsbehoefte in kaart gebracht.

Veel statushouders dubben over blijven of niet blijven. Die twijfel geven de ouders door aan hun kinderen: waar hoor ik? Vijftien experts en (ervarings)deskundigen bogen zich tijdens een virtuele expertmeeting, georganiseerd door het Kennisplatform Integratie & Samenleving (KIS), over dit dilemma. Abdallah Mouahbi, coach van migranten-gezinnen en ervaringsdeskundige, herkent de problemen die voortkomen uit de spagaat. ‘Vaak leren ouders elkaar in Nederland voor het eerst kennen als opvoeders’, licht hij toe. Want ook de rolverdeling tussen vader en moeder komt in veel van deze gezinnen in een ander perspectief te staan. ‘Traditioneel is de man vaak kostwinner en neemt de vrouw de zorg- en opvoedtaken binnenshuis op zich. Als beiden een uitkering ontvangen, of als de gemeente er op aandringt dat ook de vrouw, in het kader van de integratie, buitenshuis gaat werken, dan kan dat tot spanningen leiden.’

Veel (opvoed)vragen van statushouders hebben ook te maken met hoe onze samenleving functioneert. Hoe zit de wet- en regelgeving in elkaar? Er bestaat onbekendheid ten aanzien van de mogelijke dienstverlening in het geval er problemen ontstaan. Tegelijkertijd heerst er ook angst voor instanties, angst voor het uit huis plaatsen van kinderen en wantrouwen ten aanzien van professionals en hulpverlenende instanties. Negatieve ervaringen met overheidsbemoeienis in het land van herkomst en het onvoldoende beheersen van de Nederlandse taal zorgen hier vaak voor extra barrières en een grotere kans op misverstanden.

Saskia Sliedrecht, als gz-psycholoog werkzaam bij YOIN met minderjarige vluchtelingen, benadrukt dat alleen vertalen vaak onvoldoende is. ‘Bij een term als ‘ouderparticipatie’ bijvoorbeeld is het van belang om het begrip uit te leggen. Nederlandse scholen hebben vaak niet in de gaten wat voor de ander ‘normaal’ is, daardoor ontstaan onnodige problemen.’ ‘Uitleg, uitleg, uitleg en erkennen dat er een kloof is’, zo vat Meta Kuipers, gedragswetenschapper bij Nidos, de uitdaging samen. ‘Het gebeurt te vaak dat er miscommunicatie is tussen bijvoorbeeld school en ouders wat leidt tot onnodige problemen’.

Latente vragen
Het is niet altijd duidelijk welke vragen er precies leven. Daphne Westerhoff, sinds vier jaar begeleider van zwangere moeders uit Eritrea, in het kader van het ‘eerste 1.000 dagen project’ van de Stichting Al Amal, wijst erop hoe veel er voor hulpverleners onzichtbaar blijft. ‘Bij de eerste moeder die ik begeleidde heb ik een half jaar lang alleen maar koffie gedronken’, vertelt ze. ‘Er kwam niets uit. Ik dacht “hier is niks aan de hand”. Pas na een half jaar werd me duidelijk wat er allemaal gaande was. Ze had nog een dochter die in Ethiopië verbleef en waarvoor ze gezinshereniging probeerde te organiseren. Haar man verbleef illegaal in Duitsland en bezocht haar regelmatig, waarna ze opnieuw een kindje verwachtte. Maar daar durfde ze niet over te praten… Met één bezoekje krijg je echt niet boven tafel wat er allemaal speelt..’

Lauren Ekkelboom, werkzaam bij Trias Pedagogica, beaamt dat het niet eenvoudig is om over de complexiteit van alle veranderingen die een vlucht veroorzaakt en de consequenties die daaraan vast zitten, te praten. ‘Met name Syrische vaders worstelen erg met hun rol als man’, vertelt ze. ‘Doordat ze hier soms niet (of niet direct) kunnen werken, raken ze in een identiteitscrisis, wat het steunen van hun kinderen nog verder bemoeilijkt.’

Lees verder op kis.nl >>

Download publicatie  ‘Opvoeden in gezinnen van statushouders >>