Nieuwsbericht

Sociaal raadslieden signaleren, agenderen, maken impact - nieuw digitaal forum!

Chris Bos
9 februari 2021 | 4 minuten lezen

De Landelijke Organisatie Sociaal Raadslieden (LOSR) is al jaren aangesloten bij Sociaal Werk Nederland. Inmiddels hebben ze ook een eigen plek op de vernieuwde website van de brancheorganisatie. Die heeft onder meer als doel om het uitwisselen van informatie tussen raadslieden verder te vergemakkelijken. Over concrete casuïstiek, maar zeker ook over de trends daarin. ‘Signaleren dat er iets fout gaat, dat landelijk aankaarten zodat de wetgeving wordt aangepast en uiteindelijk duizenden mensen zijn geholpen: dat is wat dit vak zo mooi maakt.’

Aldus Chantal van Hulzen, lid van de signaleringscommissie van de LOSR en al twintig jaar sociaal raadsvrouw bij de gemeente Nijmegen. Dat een gemeente zelf sociaal raadslieden in dienst heeft is trouwens nogal bijzonder. ‘Volgens mij zijn er maar een paar andere grote gemeenten die dat ook doen. Meestal zijn raadslieden gekoppeld aan een welzijnsinstelling.’
In Nijmegen werkt dat niettemin prima. ‘We kennen bijna al onze gemeentelijke collega’s en weten bij wie we met welke vraag moeten zijn. Dus als ik van een cliënt hoor dat zijn aanvraag voor bijzondere bijstand is afgewezen, probeer ik eerst “binnendoor” te achterhalen wat er aan de hand is. Dat is namelijk onze strategie: via onze korte, toch wat informele lijntjes proberen de zaak op te helderen. Dat voorkómt dat de cliënt nóg meer problemen krijgt en leidt ook tot minder bezwaarschriften. Bijvoorbeeld omdat de  behandelaar het besluit herziet in het voordeel van de cliënt, of omdat het besluit correct blijkt en bezwaar zinloos.’

Onafhankelijkheid is cruciaal
Voorwaarde voor het succes van die werkwijze is wel de onafhankelijke positie van de raadslieden binnen de gemeentelijke organisatie, stelt Chantal. ‘Inhoudelijk worden we niet aangestuurd, we maken zelf de afweging hoe we cliënten ondersteunen. En zo nodig dienen we namens cliënten ook gewoon bezwaarschriften in tegen beslissingen van onze eigen gemeente.’
Contact met het sociaal werk is er zeker ook, maar eerder op casusniveau dan in structureel overleg. ‘Wij zitten als juridische specialisten boven in de “hulppiramide”. Een deel van de mensen komt bij ons terecht via STIP, dat zijn hier in Nijmegen informatiepunten in de Wijk. Daar zitten vrijwilligers die eenvoudige vragen beantwoorden. Daarboven zit een laag van sociale professionals: waaronder ouderenwerk, jongerenwerk, en organisaties als Bindkracht 10. Dus een deel van onze bezoekers is al in contact (geweest) met sociaal werk. Zo nodig nemen we opnieuw contact met hen op om te overleggen. Het is heel prettig en nuttig om korte lijnen te hebben met anderen die dezelfde doelgroep helpen.’

Lange adem
Dan het werk voor de LOSR. Chantal: ‘Ik zit in het regionaal overleg (ROSR Midden-Nederland) en in de landelijke signaleringscommissie. Die komt vier keer per jaar bijeen en dan bespreken we zowel de signalen vanuit de regio’s als wat er landelijk speelt. Zien we trends? Moeten we die aankaarten? Bij het parlement, bij Kamercommissies of trekken we met de Nationale Ombudsman op? De Nationale Ombudsman heeft ook een vertegenwoordiger in onze Signaleringscommissie.’
Die beraadslagingen kunnen leiden tot nader onderzoek en uiteindelijk tot een spraakmakend rapport. ‘Bijvoorbeeld dat over de Beslagvrije voet en dat over toeslagpartners. In beide gevallen hebben onze bevindingen en aanbevelingen geleid tot veranderingen in wet- en regelgeving. In het eerste geval heeft dat jaren geduurd, dat was echt een kwestie van een heel lange adem. Maar bij de toeslagpartners ging het veel sneller.’

Doe mee en deel
Signalen bij elkaar brengen om zo nodig tot actie te kunnen overgaan blijkt dus uitermate zinvol. Het is een van de redenen voor de aparte LOSR-pagina’s op de website van Sociaal Werk Nederland. Chantal: ‘Daar kun je je aanmelden voor de groep sociaal raadslieden en dan kun je via het forum al je vragen en signalen delen met collega’s. Ook vind je er actuele informatie over bijvoorbeeld nieuwe wet- en regelgeving, trainingen,  seminars et cetera. Gratis en voor niks.’
Wat daar ook kan: het recente LOSR-webinar terugkijken. Dat was ter vervanging van het jaarlijkse LOSR-jaarcongres. ‘Hopelijk kan dat volgend jaar weer live, maar dit was gegeven de omstandigheden een prima alternatief. Dat middel kunnen we sowieso vaker inzetten, ook voor het delen van signalen en informatie.’

Wederzijds wantrouwen
Nog even terug naar de beslagvrije voet. De wetswijziging daarover is sinds 1 januari van dit jaar van kracht. Chantal: ‘Maar we voorzien dat er veel fout gaat in het begin. Veel organisaties zoals deurwaarderskantoren moeten de veranderingen nog goed inregelen. Daar komt nog veel commotie over, we zullen de vinger aan de pols moeten houden.’
De Toeslagenaffaire heeft bovendien het toch al groeiende wantrouwen onder bewoners vergroot. ‘Bovendien voelen ze dat ze zélf heel erg gewantrouwd worden. Dat vinden ze heel naar. Daar komt bij dat het anno 2021 heel lastig is om contact te krijgen met de overheid. Alles gaat digitaal, maar veel van onze cliënten willen het liefst persoonlijk contact met een vaste contactpersoon. Dat zou terug moeten komen. Dat helpt ook bij de naleving. Veel mensen vinden het doodzonde dat hier in Nijmegen het Belastingkantoor is opgeheven.’

In de gemeente Nijmegen zijn de sociaal raadslieden medio 2020 gestart met het project Toeslagencheck. ‘Dat houdt in dat de raadslieden cliënten met een Participatiewetuitkering benaderen als ze verwachten dat er een probleem kan optreden met de toeslagen; we benaderen mensen die voor het eerst een uitkering krijgen, mensen bij wie een wijziging in de leefsituatie optreedt of mensen die juist uitstromen. Het doel is om de toeslagen meteen aan te passen en niet te wachten totdat er vorderingen of armoede ontstaan.’

Struikelblok
Chantal: ‘De gevolgen kunnen groot zijn als ze instromen in de bijstand of juist werk hebben gevonden. Als er een scheiding op til is of als ze zijn gaan samenwonen. Al die zaken hebben effect op de toeslagen die je ontvangt. Het grootste struikelblok daarbij is dat de Belastingdienst uitgaat uit van het geschat jaarinkomen en dan gaat het vaak al mis. Nog veel te vaak zie je dat mensen in plaats van hun geschatte bruto jaarinkomen hun netto maandinkomen invullen. Dat leidt echt tot drama’s, daar moet nodig iets aan gebeuren.
Op basis van de eerste resultaten hebben de raadslieden structurele uitbreiding gekregen (0,5 fte). ‘Ook voor het informeren van klanten over de naleving: over de inlichtingenplicht, de gezamenlijke huishouding, inkomsten opgeven. Zaken waarover mensen vaak vragen hebben die ze niet goed durven te stellen aan bijvoorbeeld uitkeringsconsulenten. Ze zijn als de dood de verdenking op zich te laden dat ze frauderen. Met die vragen komen ze dan bij ons terecht, omdat wij onafhankelijk zijn. Dan nemen we alles met hen door en daarmee kunnen we vorderingen voorkómen. En let wel: ieder schuldhulpverleningstraject kost de maatschappij één ton. Het geld voor die extra ondersteuning hebben we allang terugverdiend, dus zo’n toeslagencheck kan ik iedere gemeente aanraden.’