Nieuwsbericht

Vrijwilligersontbijt met Kamerleden: Hou vrijwillige inzet vanzelfsprekend!

13 december 2019 | 4 minuten lezen

Op 5 december 2019 kwamen Kamerleden Lenny Geluk-Poortvliet (CDA), William Moorlag (PvdA), Paul Smeulders (GroenLinks), Maurits von Martels (CDA) en Kamermedewerkers Meike Hellevoort (GroenLinks), Pim Roza (ChristenUnie) en Rutger Stafleu (CDA) ontbijten met leden van Vereniging NOV. Ook Sociaal Werk Nederland was afgevaardigd.

Speciale sprekers waren: Toine Heijmans (columnist Volkskrant en romanschrijver, lees hier zijn bevlogen column over zijn schoonmoeder en vrijwilligerswerk in de zorg), Omar Munie (Ambassadeur Het Begint met Taal en initiatiefnemer Dreamfactory), Erik de Jonge (Boswachter bij Brabants Landschap). Lees verder onder de video voor de gespreksonderwerpen tijdens het ontbijt. In onderstaande video roepen Kamerleden op tot meer ondersteuning van het vrijwilligerswerk en het lokaal soepeler omgaan met regelgeving. Maurits von Martels (CDA): "Vrijwilligers willen met volle passie hun werk doen, geef ze die mogelijkheden en werp geen obstakels op." Ze erkennen de verbindende waarde van het vrijwilligerswerk.

In gesprek over

Het doen van vrijwilligerswerk waarbij mensen zich voor langere tijd committeren is nu, máár zéker in de toekomst helemaal niet zo vanzelfsprekend als dat het was. Onder andere vergrijzing en ontgroening, langer werken, meer mantelzorgen, een grotere keuze in vrijetijdsbesteding en een andere mentaliteit liggen daaraan ten grondslag.[1] Vrijwilligersorganisaties ondervinden dit momenteel aan den lijve en ook cijfers van het CBS en Geven in Nederland tonen dit aan.[2]  Motivaction[3] hierover: “Om de participatie van de groeiende groep pragmatische[ [4] mensen te verhogen en daarmee de participatiegraad van gehele samenleving op peil te houden, moet je middelen vrijmaken voor de werving, de begeleiding en het behoud van pragmatische vrijwilligers. Dit zal de komende decennia een aanzienlijke veranderopgave betekenen voor de overheid en de vrijwilligersorganisaties.”

De urgentie is hoog, ook voor overheidsbeleid!

De urgentie om verschillende groepen mensen te blijven betrekken in het vrijwilligerswerk en bij de samenleving is hoog. Als we willen dat mensen meedoen in de samenleving, elkaar vinden in de zorg voor elkaar, in hun betrokkenheid bij de buurt, natuur, jeugd, cultuur enzovoort, dan moeten we de samenleving toerusten om vrijwillige inzet toegankelijker te maken en te houden.

Welk beleid kan dit mogelijk maken?

1.      Ondersteuning lokaal en landelijk prioriteit geven

Actie: Stel een regeling in voor blijvende aandacht voor ondersteuning van álle vrijwillige inzet in gemeenten. Sinds vrijwilligerswerkbeleid uit de Wet maatschappelijke ondersteuning is gehaald, kachelt de ondersteuning van vrijwilligers en hun organisaties hard, héél hard achteruit. Het gros van de gemeenten bezuinigt op de ondersteuning van vrijwillige inzet (onder meer via sociaal werk) en zet het bovendien voornamelijk instrumenteel in (voor zorg en welzijn). [5] Dit is slecht voor het imago en werkt contraproductief. De focus van de stimuleringsregeling voor het brede vrijwilligerswerk zou moeten liggen op meer menskracht. Deze menskracht leidt tot betere educatie, meer ruimte om te ondernemen en te experimenteren, het betrekken van de samenleving bij die ondersteuning, moderne digitale bemiddeling en talentmanagement, ondersteuning bij wet- en regelgeving rond bijvoorbeeld evenementen.

Actie: Zorg voor een goede verkenning van de benodigde landelijke ondersteuning binnen elk ministerie. Het borgen van kennis en activiteiten op landelijk en regionaal niveau is van essentieel belang voor bijna alle vrijwillige activiteiten in alle sectoren, of het nu zorg, musea, amateurkunst, jeugd, sport, milieu of bijvoorbeeld natuur betreft. Alle ministeries zouden beargumenteerd beleid moeten hebben of en waarom zij welke koepels ondersteunen. Het ministerie van VWS kan in haar coördinerende rol dit monitoren.

2.      Werknemersvrijwilligerswerk aantrekkelijk maken

Actie: Maak het voor bedrijven (fiscaal) aantrekkelijk om hun werknemers vrijwilligerswerk te laten doen in de tijd van de baas. Naast hun maatschappelijke bijdrage heeft dit ook direct nut voor werkgevers, daar het vrijwilligerswerk een goede leerplaats blijkt voor allerlei belangrijke soft skills en praktische vaardigheden. [6]

Actie: Sorteer wellicht voor op mensen in hun prepensioen, want voor hen blijkt die kennismaking met het vrijwilligerswerk cruciaal voor hun inzet na het pensioen.

Actie: Zorg ervoor dat de overheid voorop loopt in werknemersvrijwilligerswerk en het goede voorbeeld geeft. Is er een betere manier om als overheid je voelsprieten in de samenleving te hebben?

Een basis hiervoor kan de aangenomen maar nog niet ingeloste motie van toenmalig Kamerlid Mona Keijzer [7] zijn.

3.      Investeer slimmer in het betrekken jongeren

Actie: Beloon jongeren voor het doen van vrijwilligerswerk met studiepunten en ruimte binnen de opleiding. Het moet ze geen extra tijd of geld kosten, maar wel extra opleveren. Of dit nou binnen Maatschappelijke Diensttijd is of niet. Er zijn opleidingen die hierin het goede voorbeeld geven. [8]

Actie: Ontlast jongeren. Het moet voor jongeren ook mógelijk zijn om vrijwilligerswerk te doen. Beschikbaar budget vanuit bijvoorbeeld Maatschappelijke Diensttijd zou gebruikt kunnen worden om ze financieel te ontlasten. Bestaande modellen uit andere Europese landen kunnen hiervoor gebruikt worden. [9][10]

Bekijk ook de vlog van de jongeren van I-doe Leiden: